Tussen de regels door wordt er wel degelijk geschreven. Geen poëzie, dat niet. Maar wel het boek waar ik ooit aan begon, omdat het steeds meer begint te knagen. Vooral omdat 'de toekomst' steeds dichterbij komt. Een diploma, en dan? Werken? Doorstuderen? Schulden opbouwen? Nah. De plannen zitten in mijn hoofd, maar het moet er alleen uit. Gelukkig pak ik op een vrij moment alles wat ik tot nu toe geschreven heb voor dat illustere boek, met die beoogde oh-zo-mooie voorkant, en probeer te schrappen, herschrijven, aan te vullen en te controleren. Iets wat veel werk is, maar ik mocht vorige week het negende hoofdstuk afstrepen. Dat betekent nog vier te gaan, waarvan het laatste hoofdstuk in zijn geheel nog geschreven moet worden. Dan slaak je een zucht van opluchting, schenk je jezelf een glas rode Martini in en leest: 'X'. En je bladert. Schrikt. Bladert nog meer. Schrikt nog meer. Je bent verder dan je ooit geweest bent met nakijken. Afgezien van het schrijven. Je begint opnieuw, met een hoofdstuk dat je eigenlijk vrij weinig zegt. En waarvan je nu al een belangrijke verandering moet doorvoeren: het hernamen van een personage. Maar daar loop je al vast, dus leg je het weer weg. Ook omdat je best vermoeid bent na al dat herschrijven. Het is weer tijd voor een pauze, zeg je tegen jezelf. En voor je het weet ben je weer een week verder, zonder het ook maar opnieuw opgepakt te hebben. Totdat je de volgende dag vrij blijkt te zijn. Je dus een avond kan lezen en doorschrijven tot en met de volgende dag. Heerlijk. Dus bij deze zijn mijn plannen voor vanavond gewijzigd (mits je met een verdomd goed voorstel komt) en duik ik in de letteren. Gelukkig heb ik mijn zwemdiploma's.
M.S.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten